woensdag 14 oktober 2009

In de pers

Fijn, BANG! loopt. De voorstellingen zitten vol. Voor donderdag en vrijdag zijn geen kaartjes meer te krijgen. En de reacties zijn goed. Hieronder de berichten die tot nu toe zijn verschenen.

Reportage op AT5: http://www.at5.nl/tv/uit/aflevering/3992
Recensie: http://www.cultuurbewust.nl/?p=article&c=5&a=199
Interview: http://www.cultuurbewust.nl/?p=article&c=5&a=198
Recensie Parool: http://www.huisaandeamstel.nl/upload/files/Parool%20recensie%20BANG!.pdf

---

BANG!

Zes schrijvers + zes vormgevers + zes regisseurs + tien acteurs + één theater + vier weken + een ontelbaar aantal soorten angsten = BANG! Een theatrale reis door grote, kleine, ernstige, grappige en bijzondere angsten. Ik mocht een dagje meehelpen aan de opbouw en mee-eten met de crew.


Mariska Gunsing
Derdejaars student Redactie en Mediaproductie

Een ding is zeker: als ik van tevoren niet backstage was geweest, had ik heel anders naar het stuk gekeken. Dan realiseer je je pas echt wat een enorme hoeveelheid bloed, zweet en tranen het al die creatievellingen heeft gekost om zo’n stuk in elkaar te zetten. Twee weken geleden vroeg Stefanie (een van de vormgevers van BANG!) me of ik haar wilde helpen met het opbouwen van haar decor. Het is namelijk zo dat BANG! gespeeld wordt in het Rozentheater, wat zes verschillende zalen heeft in plaats van één groot podium. Iedere zaal heeft dus één schrijver, één vormgever, één regisseur en een aantal acteurs. Iedere vormgever maakte van tevoren een maquette die ze daarna uitwerkten tot een echt decor waarin echte acteurs spelen.

Vlak voor de tryouts mocht ik met de crew mee-eten. Anneloes (19), vormgever van het stuk ‘Vanaf nu vergeet ik’ op de zolder van het theater) vertelde me dat ze iedere dag van tien uur in de ochtend tot tien uur in avond aan de decors werken. Iedere dag kookt er iemand anders voor de hele groep. Een heel bijzondere ervaring om een uurtje of twee de knusse, gezellige sfeer te ervaren. De vormgevers zijn allemaal tweedejaars studenten theatervormgeving aan de Hogeschool voor de kunsten in Utrecht (HKU) en zitten ook bij elkaar in de klas. Stuk voor stuk geniale mensen, die onderling een hoop lol beleven terwijl ze vol passie aan de decors en kostuums werken.

Vrijdag 9 oktober was het dan eindelijk zover, de première. In de foyer kreeg ik een wit, vierkant papiertje met een vette letter ‘D’ in mijn handen gedrukt: de route die ik ging lopen. Stefanie lobbyde meteen ook een nummertje D bij de ingang zodat ze gezellig met me mee kon lopen. Iedere route ziet vier stukken, waarbij tijdens het laatste stuk iedereen weer bij elkaar komt in de grote zaal. Route D begon in ‘Sporen’, het stuk van Stefanie. Hierin verbeelden een man en vrouw de angst voor vergankelijkheid: De vergankelijkheid van mensen, van relaties, van alle momenten die verdwijnen in het niets. Stefanie’s decor bestond uit een kamer met bed en televisie, waar langwerpige opengewerkte stroken op verschillende hoogtes in de muren zaten. Door deze stroken kon het publiek letterlijk een kijkje nemen in het vergankelijke leven van een vrouw die een man uitnodigt naar haar leven komen te kijken. Heel bijzonder om echte acteurs te zien spelen in een decor die door een vriendin is ontworpen en in elkaar is gezet. De acteurs speelden trouwens ontzettend goed. Ze creëerden met hun spel en het decor een heel eigen sfeer, de sfeer van vergankelijkheid.

Na een daverend applaus werden we door de D van Dokter naar de volgende zaal geleid. We kwamen terecht op de zolder van Anneloes. Deze was zo goed als donker met hier en daar een verlicht voorwerp op een sokkel, zoals een bus deodorant, een fles cola, tampons en een toetsenbord. We werden door een gang met doorzichtige muren naar een kamertje geleid waar twee dames met een grijs mantelpak en All-Stars aan op een soort hoge vierkante stoelen zaten. Om hen heen stonden kisten waarop we mochten gaan zitten. Doodse stilte. Opeens begint een van de dames langzaam en zacht te praten: ‘Vanaf nu vergeet ik…’. De ander volgt haar voorbeeld. Ze gaan door tot er een ritme in hun tekst ontstaat en je een waterval aan doemgedachten over je heen krijgt, welke soms beangstigend en soms grappig of bijzonder zijn. Soms draaien ze zich opeens met een ruk om en staren je recht in je ogen aan terwijl ze je vertellen dat je van cola light kanker krijgt. Ik probeerde strak terug te kijken, maar na een tijdje keek ik toch maar weer de ander kant op. Een heel bijzondere ervaring om zo direct in het spel te zitten. Ik ging na afloop ook heel erg nadenken over alle angsten die ze uitspraken. De conclusie die ik eruit trok, is dat mensen voor veel te veel dingen bang zijn en daarom vergeten te genieten van het leven.

De Dokter leidde ons weer terug naar de foyer en ik realiseerde me wat een enorm doolhof het Rozentheater eigenlijk is. De foyer was omgebouwd tot een club, waar twee geliefden de laatste dag van de aarde vieren. In ‘Ademsnak’ staat weloverwogen en vaak angstig leven tegenover hoogmoedig en zorgeloos leven.

Het laatste stuk ‘Terminale staat’, waarin alle acteurs en ook al het publiek weer bij elkaar komt, gaat over de economie van angst. Een zichzelf in stand houdend systeem van het verzinnen van oplossingen van problemen die we zelf creëren. Humor en verdriet over ziekte en dood worden daar op een briljante manier gecombineerd.

Hoe meer ik over mijn ervaringen schrijf, hoe meer ik ga beseffen hoe uniek deze voorstelling is. Nog nooit heeft een voorstelling mij op zo’n positieve manier aan het denken gezet. Gaat het absoluut zien!

vrijdag 9 oktober 2009

BANG!


Foto: Sanne Peper

Vanavond première! Jahoe! De afgelopen dagen zijn de puntjes op de i gezet. Persfoto's zijn gemaakt, AT5 is wezen filmen, de organisatie om het publiek door het pand te leiden is een feit. De reacties van het eerste publiek zijn goed. BANG! is een mooi gevulde avond geworden. Het overkoepelende thema angst krijgt telkens weer een nieuwe invulling en vorm. Om alvast een tipje van de sluier op te lichten, publiceren we hier interviews met de schrijvers over hun stukken. Plus een foto van de voorstelling. En in het echt is het natuurlijk nog 100 x leuker. Dus komt allen!

Annemarie Wenzel - dramaturg De Toneelmakerij

Joost Adriaansens over Vanaf nu vergeet ik

Toen ik een jaar of tien was, was ik elke week opnieuw bang om naar voetbaltraining te gaan. Ik wist dat ik de trainingen leuk vond, toch zag ik er enorm tegen op. Dat doemdenken, de angst voor dat wat er nog nooit is geweest, fascineert me. Een andere fascinatie is die voor angsten die van buitenaf worden aangepraat. Ben je eenmaal over je eigen angst heen, dan begin je weer van voren af aan met die van anderen. Regisseur Daniël van Klaveren herkende dit. Onze vraag: kunnen we de angstgevoelens van het publiek beïnvloeden, zoals ook onze gevoelens beïnvloed worden? Samen met de vormgever en de acteurs hebben we veel gesproken over dat waar we bang voor zijn. Existentiële angsten, persoonlijke angsten, angsten die leiden tot kleine, dagelijkse handelingen. Uit al onze ervaringen samen hebben we het stuk opgebouwd. We besloten dat het een ritmische tekst moest worden. Dat leek me een uitdaging, associatief werken, minder volgens een logische verhaallijn. Daartoe is er een zin die zich steeds herhaalt: 'Vanaf nu vergeet ik...' Het aanwakkeren van angsten door ze als een mantra te bezweren.

Regie: Daniël van Klaveren. Spel: Jiska van Duijn, Wynn Heliczer. Vormgeving: Anneloes van Assem.


Foto: Sanne Peper

Annet Bremen over Ademsnak

Het idee voor Ademsnak is ontstaan vanuit mijn angst voor het gebrek aan angst. Ik vind de hoogmoed en zorgeloosheid van de hedendaagse mens onbegrijpelijk. Zelf leef ik weloverwogen, voortdurend rekening houdend met de mensen om me heen. Die twee manieren om tegen het leven aan te kijken, staan in Ademsnak tegenover elkaar. De laatste dag van de aarde is aangebroken en iedereen weet het. De geliefden Faas en Liv brengen hem samen door. Faas is vol energie, wil feestend ten onder. Liv wil alleen maar dat hij haar vasthoudt nu het nog kan. Gaat dit samen in het aangezicht van de dood? Kun je samen leven én samen sterven? Ik hou ervan om concrete, voor iedereen herkenbare situaties in een surrealistische setting te plaatsen. Om de taal een poëtische kwaliteit te geven, zodat het alledaagse iets magisch krijgt. Ik ben Liv, Faas staat voor de mensen die ik niet begrijp. Dat ik moet nadenken over zijn drijfveren en die aannemelijk moet maken, is spannende hersengymnastiek en dat is één van de redenen waarom ik schrijf.'

Regie: Muriël Besemer. Spel: Kim Berkenhagen, Martijn Wever. Vormgeving: Lisa Louwers.


Foto: Sanne Peper

Maaike Geertsma over Sporen

Mijn grootste angst is de vergankelijkheid, van mensen, van relaties, van al die momenten die tezamen een leven vormen. Mijn op één na grote angst is om in dat vergankelijke leven volledig op jezelf teruggeworpen te worden, zonder dat er iemand getuige is geweest van je bestaan. Sporen gaat hier over. Wat gebeurt er met al die momenten die verdwijnen in het niets, zonder dat er een spoor van achterblijft. Ook in de wereld om mij heen zie ik dat mensen de behoefte hebben om hun bestaan vast te leggen en openbaar te maken voor anderen, ook al zijn dat volstrekte vreemden. Maar ziet de ander wel wat jij wilt dat hij ziet? Kun je iemand tegelijkertijd dichtbij laten komen en op afstand houden? Ik hou van dit filosofische, conceptmatige denken in het theater. Met regisseur Roel Adam heb ik onderzocht hoe dat concreet te maken en te vertalen naar de vloer. De spelers werkten aan de hand van mijn tekst. Samen hebben we een wereld gebouwd van een vrouw en een man. Zij nodigt hem uit om naar haar leven te komen kijken. Wij nodigen het publiek uit om daar getuige van te zijn.

Regie: Roel Adam. Spel: Tjebbo Gerritsma, Mik van Goor. Vormgeving: Stefanie Bonte.


Foto: Sanne Peper

Sara van Gennip over De laatste nacht

Bang zijn mag. Dat is de invalshoek waarmee ik BANG! begon. Angst is er niet voor niets. In bedreigende situaties voelen we angst om te overleven. Dit gegeven bleek te breed. Wat zijn die oerangsten dan? Om het kader in te perken, heb ik vijf angsten benoemd die voor velen essentieel zijn: de angst om te sterven, om een geliefde te verliezen, voor het onbekende, om verkeerde beslissingen te nemen en om vergeten te worden. Vervolgens heb ik gezocht naar een situatie die dit alles omvat. De laatste nacht gaat over een broer en een zus. Hij zal de volgende dag sterven, dat weten ze allebei. Wat doe je in die laatste uren? Wat heb je elkaar nog te zeggen? Ik heb drie volledige teksten geschreven, voordat dit eruit kwam. De strenge aanpak van regisseur Ad de Bont dwong me ertoe telkens weer terug te gaan naar de basis: wat wil ik hiermee? Ik schrijf veel over mensen die worstelen met de dood. De dood is onomkeerbaar. Zelfdoding is kiezen om er niet meer te zijn. Mensen die het zekere (het leven) willen inruilen voor het onzekere (de dood), fascineren mij. Want wat is die dood? Een hiernamaals of een niet meer zijn?

Regie: Ad de Bont. Spel: Joost Gimbel, Djamila Landbrug. Vormgeving: Hugo van Dun.


Foto: Sanne Peper

Stéphanie Tillieux over Terminale staat

In de wereld van nu vallen me twee dingen op. Enerzijds worden we op allerlei manieren bang gemaakt. Tegelijkertijd worden we aangemoedigd om van onze angsten af te komen. Er is een zichzelf in stand houdend systeem ontstaan van het verzinnen van oplossingen voor problemen die we zelf creëren; een economie van angst. Wat is het nut hiervan? Worden de zaken waarvoor echt bang zouden moeten zijn, op deze wijze verborgen gehouden? Met dit uitgangspunt wilde ik voor BANG! aan de slag met een angst die ons allemaal aangaat. Misschien wel de grootste angst van de mens is die voor de dood. De meest directe manier om te sterven is door ziekte. Terminale staat vertelt het verhaal van de chronisch zieke patiënt Tristan van der Sluis. De manier waarop hij met zijn ziek zijn omging, paste niet binnen het systeem. Hij werd aan zijn lot overgelaten en nu is hij dood. In een grootscheeps onderzoek trachten de betrokkenen te achterhalen waar het mis ging. Kunnen zulke fouten in een werkelijke toekomst worden voorkomen? Of moeten we accepteren dat dit de consequenties zijn van een wereld die we samen hebben gemaakt?

Regie: Liesbeth Coltof. Spel: Roel Adam, Kim Berkenhagen, Jiska van Duijn, Tjebbo Gerritsma, Joost Gimbel, Mik van Goor, Wynn Heliczer, Daniël van Klaveren, Djamila Landbrug, Anne Stam, Martijn Wever. Vormgeving: Kimberley van Eijk.

Foto: Sanne Peper